Na 1 week wordt gekeken welke eieren bevrucht zijn en welke niet. Dit gebeurt met behulp van een schouwlamp. Rechts kan je de schouwing van een ei zien. Je kan duidelijk zien dat dit ei bevrucht is door de aanwezigheid van kleine haarvaten. Bevruchte eieren mogen blijven. Onbevruchte eieren worden verwijderd. Dit doen we om twee redenen; ten eerste maken die eieren op die manier plaats voor nieuwe, hopelijk wel bevruchte eieren. Ten tweede om stank te vermijden. Want een ‘rot’ ei begint na drie weken in die temperatuur al aardig te ruiken.
De onbevruchte eieren worden verwijderd, gekookt en aan de moederdieren gegeven voor extra vitamines en mineralen.
Na twee weken wordt de schouwhandeling herhaald. Mogelijks zijn er eieren die bevrucht waren maar die nu afgestorven zijn.
Ook die eieren worden verwijderd.